uitgelicht
collectie-
stuk
Blog 79 Blij toneel in Veere
Auteur(s) op 25 mei 2020
Trefwoord(en) , ,
Discipline(s) ,

Terug naar overzicht blogs

Het doorlezen van de rekeningenboeken van de Veerse rederijkerskamer Missus Scholieren levert verrassingen op, terwijl je er niet op bedacht bent. Tussen weinig zeggende posten als betaalt voor olij, azijn, seepe zout etc. enerzijds en betaalt voor cabbeljaeu ende schelvis anderzijds, staat er onverwachts betaelt voor blommen ende cieraet vande spelende personagien van spelen van Casandra ende beclagelijcke d’wang. Of tussen Aen de knape over verschodt van eenige kleijnigheden enerzijds en aen de timmerman over t setten van de tafel anderzijds, lees je onverhoeds: betaelt aen de spelende personagen die de Comedie van de bedroge gierighaard hebben gespeelt sijnde 11 persoonen. [1]

Klucht

Bij laatst genoemd toneelspel gaat het om De Klucht Van de Bedrooge Gierigaart, Gespeelt op d’Amsterdamsche Schouburg, 1653 van M. Waltes dat in 1654 in druk verschijnt en op 18 maart 1655 nogmaals wordt opgevoerd in Amsterdam. In 1679 verschijnt er opnieuw een druk van dit werk [2] en dat is misschien wel de aanleiding tot de keuze van de opvoering in Veere. In verband met deze klucht staan voorts nog de kosten vermeld voor het huren, halen en wegbrengen van een slijpsteen en dat is merkwaardig, omdat er in het spel nergens sprake is van dit attribuut. Wel komt er een bijl in voor. Misschien werd die geslepen.
Zoals gebruikelijk bij een klucht is het verhaal simpel. Het gaat om een gierigaard die niets anders doet dan zich druk maken om zijn geld, wat een paar dieven ter ore komt. Ze hebben het met elkaar over een plek met zogenaamd verborgen geld en ze zorgen dat de gierigaard dit gesprek hoort. Die gaat daar natuurlijk op af. Tegen zijn vrouw vertellen de dieven dat ze hem hebben zien weggaan met een andere vrouw. Zij boos er achteraan en de heren kunnen op hun gemak hun slag slaan. Dit bleek een goede les voor de gierigaard, hij besluit om nooit meer zijn geld op te potten.

Treur-bly-eynde-Spel

Met de opvoering van de twee toneelstukken uit 1660 betreden we een totaal ander toneel dan met De bedrooge Gierigaard. Het canonieke toneelrepertoire, waarbij men moet denken aan dichters als Hooft, Bredero en Vondel, moest vanaf de jaren 1640 langzaamaan plaats maken voor het Spaanse toneel. Het Nederlandse publiek was razend enthousiast over de Spaanse toneelstukken. De eerste Spaanse bewerking in 1642 door Theodoor Roodenburgh was Casandra en Karel Baldeus en bleek meteen een succes. Het betreft de bewerking van El perseguido van Lope de Vega (1562-1635). [3] In Casandra en Karel Baldeus dingt de Hertogin van Borgonie naar de hand en het hart van Karel Baldeus, de bediende van haar echtgenoot de Hertog. Karel deelt echter in het geniep al enkele jaren het bed met de zus van de Hertog. Als Baldeus de liefde van Casandra afwijst, wil ze wraak en ontstaat er een kettingreactie van onbeantwoorde liefdes en moordplannen, doorspekt met keffende honden en bedrogen geliefden. Het stuk behoorde in Amsterdam tot het populaire repertoire en is 66 keer opgevoerd. [4]

Bly eyndend Treurspel

Maar dé kaskraker bij uitstek was De beklaagelycke dwangh. Bly-eindend treurspel, (1648). Dit stuk heet oorspronkelijk La fuerza lastimosa en is geschreven door Lope de Vega in 1609. De bewerking uit 1648 is van de hand van Isaac Vos. Het stuk kende zo’n 15 drukken en is maar liefst 158 keer opgevoerd en bekleedt daarmee plaats 6 in de populaire top tien van de Amsterdamse Schouwburg. (Nummer 1 is Joost van den Vondel met 454 opvoeringen van de Gijsbreght van Aemstel uit 1637). [5] Het is een tragikomedie in vijf bedrijven en gezien de ingewikkeldheid van het spel moet het repeteren de nodige tijd gevergd hebben. Maar het proeven of proberen zoals de rederijkers het zelf noemden, ging gelukkig altijd gepaard onder het genot van een glas wijn. De ingewikkeldheid van het stuk maakt het ook onmogelijk om hier van dit spel een samenvatting te geven, die recht doet aan de gebeurtenissen. Daarom kan een beknopt overzicht van de inhoud hier als pdf gedownload worden. Wie meer wil weten van de achtergrond, kan terecht bij de vermelde bronnen.

 

Tot slot

Met deze keuzes voor hun repertoire laten de rederijkers van Veere zien dat zij meegaan met de mode van hun tijd en oog hebben voor wat geliefd is bij het publiek. De vraag is of zij aandacht hadden voor de Schouwburg van Amsterdam dan wel dat hun kennis van de theaterwereld via de Zuidelijke Nederlanden tot hen gekomen is. Een andere vraag is of er nog meer van dergelijke toneelstukken te vinden zijn in de rekeningenboeken en of die ook een weerslag vormen van wat gangbaar was in theaterland. Maar daarvoor hebben we een onderzoeker nodig…

Bronnen

[1] Met dank aan Anneke van Maaren van de werkgroep Walcheren die deze vermeldingen onder mijn aandacht bracht. De citaten zijn respectievelijk te vinden in Zeeuws Archief, Kamer van Retorica ‘Missus scholieren’ te Veere, inv. nr. 2515 04, Rekeningenboek 1660-1760, jaarrekening 1660, f. 4v en jaarrekening 1677-1679, f. 42v.
[2] Te vinden op ONSTAGE. Op deze site staan gegevens online van een project waarbij de theater-geschiedenis van de Amsterdamse Schouwburg in kaart wordt gebracht.
[3] Melinda van Kessel, De beklaagelycke dwangh in zeventiende-eeuws Europa. De transfer van Lope de Vega’s grootste succesnummer in de Republiek, (master) Amsterdam 2017, p. 7.
[4] Jolijn Klein Kranenbarg, Op het lijf geschreven: Isaac Vos als cultureel vertaler. Over de Amsterdamse Schouwburg en de circulatie van Europees renaissancetheater (thesis), z. p., [2017], p. 139. Overigens werd Casandra en Karel Baldeus in seizoen 2016-2017 opgevoerd door Theater Kwast.
[5] Kranenbarg. p. 139; ONSTAGE. Zie noot 2.

Geplaatst door Jan van Loo op 25 mei 2020.

Terug naar Rederijkers in Zeeland

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *