- Nieuws
- Collectie
- Publicaties
- Jeugd
- Werkgroepen
- Wetenschapsplatform
- KZGW
- Contact
terug naar Rederijkers in Zeeland
Zinspreuk: Altyt bet groeyende
Patroonheilige: H. Anna (Anna van Jerusalem, Anna te Drieën), feestdag 26 juli
Vroegste bronvermelding: < 1590
Laatst bekende bronvermelding: 1608
Blazoen: 1591
Sint-Annaland is vernoemd naar Anna van Bourgondië, de grondlegster en eerste vrouwe van Sint-Annaland. Ze werd circa 1422 geboren als dochter van Philips de Goede, hertog van Bourgondië en graaf van Holland en Zeeland en Jaquelina van Steenbergen. De parochie werd vernoemd naar Anna, de moeder van Maria. Anna wordt meestal afgebeeld met haar dochter Maria, al dan niet met het Christuskind. Heeft Maria haar kind bij zich, zoals op het in 1591 geschilderde bord van de Rederijkerskamer te Sint-Annaland met de zinspreuk Altijt bet groeyende (bet = wel of goed), en wat ook het wapen van Sint-Annaland laat zien, dan heet de groep St. Anna-te-Drieën. Dit motief was vooral rond 1500 populair. Sint Anna werd in die tijd intensief vereerd, omdat men toen op moreel gebied de noodzaak voelde zich te weren tegen buitenechtelijke sexsuele verhoudingen en de gevolgen daarvan. De waarden van huwelijk en gezinsleven werden steeds meer benadrukt.
De naam van het nieuwe dorp en de parochie is dus al in een vroeg stadium bepaald en ontleend aan de patrones van de parochiekerk.
Naast Sint-Anna zijn de wapens afgebeeld van de kwartieren van de toenmalige ambachtsheer Karel van Bourgondië: 1. Bourgondië, 2. Manuël de la Cerda, 3. Wechin en 4. Luxemburg. Aan de keerzijde is het wapen van Karel van Bourgondië geschilderd.
13 maart 1607, f. 202v
Op’t versoeck van Lonis Corn[elis] als prince van de Camer van Rethorika zijn bij vonnisse van schepenen gewesen te gijsele te gaen ten huijse van Pieter Adriaens, te weten verponde[?] Corn[elis] Heijn[ricks] voert gebreck van 17 stuivers en 4 groeten vlaams.
14 oktober 1608, f. 27
Ten voernoemde daghe is ten versoucke van de prince van retorijca [in marge inselvige Lonis Cornelis] te gijsele geloeft Commer Adriaens over ’t gebreck van 18 stv etc van verteerde costen ten huijse van Pieter Adriaens.
Geschiedenis:
Voor 1590, mogelijk voor 1567.
De eerste vermelding van de rederijkerskamer van Sint-Annaland stamt uit de heerlijkheidsrekening van Sint-Annaland van 1589/90. ‘[in margine] By missive van mijn ed. heere vanden xxen octobris xc alhier gesien ende quitantie van date 1 septembris xci. Betaelt aen handen van Cornelis Hubrechtsz. Molenaer als prince van den camer van rhetorica van St.Annaland 5 pond Vlaams die mijnen heer haer geschoncken heeft tot restauratie van haer camer’. De kamer bestond dus al voor dat jaar. De restauratie slaagde want een blazoen uit 1591, met een afbeelding van Anna met Maria en Jezus op schoot is bewaard gebleven. In de Rechterlijke archieven van Zeeland, Sint-Annaland, komt de kamer in elk geval voor in 1607 en 1608. In maart 1607: ‘[L?] Donis Cornelis, prins van de camer van rethorika gaat te gysele ten huize van Pieter Adriaens voor ’t gebrek van 17 pond en 4 groten’ (RAZE (Lasonder) 5806 f.202 vo.). In 1608 (RAZE (Lasonder) 5807 f.26vo.): ‘[L?]Donis Cornelis, prinse van Retorica een wete’.
Op 21 januari 1591 bestrafte de classis Tholen de predikant van St.Annaland Mathijs van den Brouck, omdat hij zijn prediking na het avondmaal een uur had vervroegd om rekening te houden met het spelen van de batementspelers.
Varia:
Repertorium rederijkerskamers DBNL:
Sint-Annaland, naam onbekend: BEKIJK BRONNEN OF GESCHIEDENIS
Laatst bewerkt 30 juli 2016.