uitgelicht
collectie-
stuk
Oud-Vossemeer
Auteur(s) op 22 maart 2023
Trefwoord(en) ,
Discipline(s)

terug naar Rederijkers in Zeeland


De Drie Koornairen


Zinspreuk: Christus is ’s mensen voedzel / ’t Coren bloyt
Patroonheilige: Sint Jan (Johannes de Doper), feestdag 24 juni
Vroegste bronvermelding: 2 april 1590
Laatst bekende bronvermelding: 1612 (blazoen)
Blazoen: 1612

Classis Oud-Vossemeer, 2 april 1590 11
Het gaat om een vergadering van de Classis gehouden te Oud-Vossemeer. In de notulen lijkt het te gaan om rederijkers in het algemeen en niet alleen over een rederijkerskamer uit Oud-Vossemeer.

Daernaer heeft Thomas Ragebaum de instructie getoont die hij van zijnder kercken hadde getoont, inhoudende voornamelick drij stucken.
Ten iersten oftet wel bestaen mach dat een man die nu etlycke jaeren met eenen vrouwe huijsgehouden heeft ende kinderen gewonnen, soude heymelick trouwen sonder kerckelicke geboden. Is voer antwoordt gegeven dat men behoort te volgen de kerckenordeningen ende de politie van Zeelant, welcke beyde sulcks uutdruckelick verbieden.
Ten tweeden ofte rethorijck van de lidtmaten der kercken gebruyckt mach weerden ofte neen, zijn voor antwoordt gewezen op de XXVIen vrage van de Sijnodus van Dordrecht, dwelck ‘t selve verbiedet.
Ten derden oftet geoorloft zij des sondachs de predicatie te onderlaten ende aen de plaets van dien in de kercke camerspelen te houden. Is voor antwoordt gegeven dat de broeders zeer verwondert zijn dat sulcke eenen versoeck, streckende niet alleen tot achterdeel van de godtsdiensten, maer oock op groote peenen verboden in de ordeninge der politie der Staten van Zeelant.
1

 

Ambachtsheerlijkheid Oud- en Nieuw Vossemeer en Vrijberghe, 24 juni 1609. 2
Het originele verzoek om toneel te mogen spelen, is niet bewaard gebleven, maar het betreft hier waarschijnlijk niet de oprichting van de kamer, maar een continuatie onder voorwaarden.

Die voorwaarden zijn dat zy hun spellen hebben te wachten In hun Exercitien van Rethorika van alle smadige schimmige vuyle ende onneerlycke woorden ook Inde selue nyet te brengen t’gene de Religie oft policie eenichsins soude mogen aengaen. De toneelopvoeringen die ze willen gaan spelen, moeten eerst ter goedkeuring aan de baljuw voorgelegd worden.

1. Zeeuws Archief 273 Nederlandse Hervormde Kerk, Classis Tholen en Bergen op Zoom, 1580-1837, inv.nr. 1 1584-1608, scan 61.
   De foliëring houdt op bij f. 114 op scan 59.

2. Ambachtsheerlijkheid Oud- en Nieuw Vossemeer en Vrijberghe: inv.nr. 111 f. 76, Resolutie van 24 juni 1609.

Geschiedenis:
In 1609 besloten rentmeester, baljuw en schepenen van Oud-Vossemeer dat de kamer haar spelen diende te laten controleren. Volgens Delahaye was dat bij gelegenheid van de oprichting van de kamer. De kamer kreeg het voorschrift ‘in haare exercitien, zig te wagten van smadige vuyle en oneerlyke woorden’ noch zich met geloofszaken of het staatsbestuur in te laten. Een bewaard gebleven blazoen, met als jaartal 1612, is (waarschijnlijk) het laatste bewijs van het bestaan van een kamer.

 


Bronnen

Varia:

Repertorium rederijkerskamers DBNL:
De drie Koornairen: BEKIJK BRONNEN OF GESCHIEDENIS

Laatst bijgewerkt 24 januari 2018.

terug naar Rederijkers in Zeeland

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *