uitgelicht
collectie-
stuk
blog 68 Sint-Maartensdijk / Goes
Auteur(s) op 8 juli 2019
Trefwoord(en) ,
Discipline(s) ,

Terug naar overzicht blogs

Sint-Maartensdijk 1575

In de oudste rekening van de domeinen Sint-Maartensdijk en Scherpenisse uit 1575 van de hand van rentmeester Lambert Baken staat de volgende post [1] :

[Rubriek:] Andere uitgaven van assignatiën

Die rethorisijns van Sint-Martensdijck over die
processie van den ommeganck te repareren over ’t
jaer deser rekeninge twintich schellingen daer van
betaelt midts dat men egeenen omganck en heeft
gehouden. Nyet

Een soortgelijke post is te vinden in de rekening van 1579 van rentmeester Johan Liens.

Met deze vermelding verschuift de oudste vondst tot nu toe van Sint-Maartensdijk van 1589 naar 1575. [2] De rederijkers hadden tot taak om de processie van de ommegang te repareren. Processie en ommegang zijn twee begrippen die wij regelmatig als synoniem gebruiken. Maar bij processie moet je denken aan de optocht en in het onderhavige geval waarschijnlijk aan de attributen van de optocht. De ommegang is de (rond)weg die de processie volgt. Processie wordt in het WNT omschreven als ‘plechtige omgang van geestelijken of van geestelijken en gelovigen met het sacrament of met reliquieën, onder gebed en zang, in of buiten de kerk.’ En ommegange betekent zoiets als: in de rondte.

Het feit dat in 1579 eenzelfde post wordt aangetroffen, betekent dat je ervan kunt uitgaan dat de rederijkerskamer al enige tijd bestaat en dat het een gewoonte, mogelijk zelfs een recht was, dat ze voor hun diensten in de ommegang werden betaald. Er is echter niets uitgekeerd, dus werden de rederijkers niet langer uitbetaald of namen ze niet meer deel aan de ommegang of deze werd zelfs niet meer gehouden. De post staat dan pro memorie in de rekening.

Het is overigens aannemelijk dat er in Sint-Maartensdijk geen ommegang meer werd gehouden, aangezien Willem van Oranje door zijn huwelijk met Anna van Buren op 8 juli 1551 het beheer kreeg over Sint-Maartensdijk. Vanaf 1567 verspreidde Jan Versteeg – voormalig pastoor en daarna hervormd prediker – de hervormde leer op Tholen. In 1577 kwam Tholen toe aan Willem van Oranje. Door dit alles verloor de katholieke kerk geleidelijk aan terrein.

Goes 1664

In de handschriftencollectie van het gemeentearchief van Goes bevindt zich ook een omslag met aantekeningen van ab Utrecht Dresselhuis over de plaatselijke schutterijen en de rederijkers. [3] Een van de notities over de Goese rederijkers handelt over een rekest van de rederijkers aan de magistraat.

Het rekest uit 1664 (waarschijnlijk uit 1663 gezien het feit dat de  magistraat op 5 januari 1664 antwoord geeft) maakt zichtbaar dat de rederijkerskamer (de naam wordt niet genoemd, maar dat zal de Nardusbloem zijn) jarenlang getobd heeft om voldoende leden te werven, zodat daaruit een aantal bestuurders (officieren) gekozen zou kunnen worden. In het rekest laten zij weten dat er inmiddels voldoende aanwas is en zij verzoeken de magistraat om uit de genomineerde personen onder het rekest een prins en dekens te benoemen. Het rekest is ondertekend door de leden:

Cornelis Matthysse van de Weele
Pieter Lessius
Job Jobse
Willem Quirynse Trouwe
Michiel Engelse Brouwersput
Johannes van de Weele
François Jansse Levering
Nicolaes van der Straaten

De namen van de voorgedragen rederijkers worden niet expliciet vermeld, maar de namen van de ondertekenaars staan onder het rekest en zij zullen dan ook de genomineerden zijn. Uit deze namen moesten 1 prins en 3 dekens gekozen worden. De overheid reageerde op 5 januari 1664 op het verzoek van de kamer met het besluit dat de verzoekers eerst privilege en statuten van de kamer dienden te overleggen en dat terwijl bekend was, dat die verdwenen waren, zonder twijfel een teleurstelling voor de kamer. Het is aannemelijk dat het om dezelfde statuten gaat, die thans worden bewaard als handschrift 78 C 66 in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag. Ze werden indertijd uit naam van de magistraat (baljuw, burgemeester en schepenen) geaccordeerd door secretaris Jan Cornelisz Valcke op 3 oktober 1563.

Bronnen

[1] Nationaal Archief, Archieven van de Nassause Domeinraad, inv.nr. 13854, f. 38. Het archief van Tholen bezit een transcriptie van deze rekening.
[2] Klik hier voor de gegevens van Sint-Maartensdijk.
[3] Gemeentearchief Goes, handschriftencollectie inv.nr. 168: Geschiedkundige aantekeningen betreffende de rederijkers en de schuttersgilden te Goes, in het bijzonder betreffende de schuttersschilderijen, verzameld door dr. J. en mr. J.G. ab Utrecht Dresselhuis. 1853, 1854 (1 omslag). [De informatie over het rekest is overgenomen uit Gemeentearchief Goes, Verzameling Keetlaer, inv.nr. 856.] Het besproken rekest is te vinden in het cahier van folioformaat.

Geplaatst door Jan van Loo op 8 juli 2019.

Terug naar Rederijkers in Zeeland

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *