- Nieuws
- Collectie
- Publicaties
- Jeugd
- Werkgroepen
- Wetenschapsplatform
- KZGW
- Contact
Doordat we al sinds 2010 bezig zijn met het onderzoek naar de rederijkerscultuur in Zeeland, beschikken we inmiddels over flink wat onderzoeksresultaten, zowel over de rederijkers als over (aanverwante) onderwerpen die ons pad kruisten. Een deel van dit materiaal ligt te wachten op onderzoekers die de gegevens willen bestuderen en bewerken voor bijvoorbeeld een boek, een artikel of een paper. Hieronder volgen wat mogelijkheden.
De Nieuwerkerkse secretaris Job Gommersz was lid van de kamer van Nieuwerkerk (De Blauwe Acoleyen), die in elk geval actief was tussen 1563 en 1573. Van enkele van zijn werken beschikken we over onuitgegeven diplomatische edities bezorgd door Thijs Weststrate met medewerking van Piet Versluys: Een Spel van unser Lyeuer vrouwen hemelvaert, Een Spel van Menich Mense en een vijftiental refereinen. Gommersz heeft ook een dagboek bijgehouden: Een Zeeuwsche kalender uit de 16e eeuw.
Een dichtbundel met gedichten van Johan Boudaen Courten als lid van de rederijkerskamer Het Bloemken Jesse te Middelburg, 1668-1699. Deze bundel is inmiddels eveneens volledig getranscribeerd. Zie ook kzgw.nl/boudaen-courten/
Rekeningenboeken
De drie rekeningenboeken van de Veerse rederijkerskamer Missus Scholieren beslaan de jaren 1590-1793. Een flink gedeelte ervan is reeds getranscribeerd. Via de rekeningen valt het reilen en zeilen van de kamer te reconstrueren. Hier en daar staan er zelfs gedichten tussen de rekeningen.
Verzenboeken
De zeven verzenboeken gaan over de jaren 1688 -1794 en zijn alle getranscribeerd. Aan deze verzenboeken is reeds een masterscriptie gewijd, maar er zijn nog genoeg mogelijkheden voor andere invalshoeken.
Het archief in Goes beschikt over een omvangrijke collectie pamfletten waaronder de nodige unica. Men raadplege de catalogus van de hand van Rixtinus Arnoldus Soetbrood Piccardt (2 delen). Te vinden via de KB en te downloaden via Google. Aldus kan men zelf nagaan of er bruikbare pamfletten of tractaten tussen zitten.
Deze brooddichter valt eigenlijk buiten ons terrein en onze tijd van onderzoek, maar is te interessant om niets mee te doen. Van zijn manuscript (met gedichten) van 626 genummerde pagina’s, dat hij heeft achtergelaten, zijn er maar liefst 553 overgebleven. Jozef Huyghebaert geeft in zijn artikel ‘Brugges rederijkersgilden in en uit’ in Biecorf 110 (2010), 199-219, een goed beeld van de inhoud. Wij hebben interesse voor zijn goede vriend Antoon Balckenende, een graanhandelaar uit Sluis. Een deel van de zeventien gedichten die voor hem bestemd waren, zijn in concept getranscribeerd evenals een ellenlang gedicht lofdicht over de vrouw. Met regelmaat tref je allusies aan op de bijbel, klassieken of historische situaties. Ook zijn er gedichten over de Brugse rederijkers. Desgewenst kan tijdgenoot Jan Antone Labare ook nog in het onderzoek betrokken worden. Zie voor meer: kzgw.nl/blog-53-adriaan-van-der-brugghe-en-sluis.
Wie aanvullende informatie wil of aan een of meer van de onderwerpen wil werken, kan contact opnemen met Jan van Loo. Onderzoek naar een van de onderwerpen geschiedt onder supervisie en begeleiding van Arjan van Dixhoorn en/of Bart Ramakers. Om een indruk te krijgen van onze werkwijze bij het onderzoek naar de rederijkers, raadplege men onze site: kzgw.nl/rederijkers-zeeland. Gezien het belang van deze onderwerpen voor neerlandici wordt deze informatie ook aangeboden aan de website van http://www.neerlandistiek.nl.
Geplaatst door Jan van Loo op 3 mei 2019.