Uit-
gelichte
foto
Blog 59 Een merkwaardig toneelstuk in Hulst
Auteur(s) op 15 juli 2018
Trefwoord(en) ,
Discipline(s) ,

Terug naar overzicht blogs

Volgend jaar verschijnt het jubileumnummer ter viering van het 250-jarige bestaan van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Daarin staat ook een artikel over een merkwaardig toneelstuk dat opgevoerd zou worden in Hulst in 1776. Een klein tipje van de sluier wordt in het navolgende alvast opgelicht.

De titel van het toneelspel luidt: Jeremias. Hekel Spel in drie Bedrijven. Het manuscript bevindt zich in een verzamelband van handschriften en drukwerk. Bij het lezen van de inleidende tekst wordt de lezer direct verrast door de mededeling dat het stuk wordt opgevoerd door de konst minnende Jongheid van de Vlaamsche Rhetorica anders genaamd, het gilde van de heilige Transfiguratie onderhouden, werdende binnen de stad hulst in Vlaanderen. [1] De verrassing zit voornamelijk in het vervolg met de aankondiging dat dit stuk zal worden opgevoerd in 1776 van Pinksteren tot eind augustus op alle zondagen in het Prinsenhuis.

De eerste verrassing is de aankondiging van het rederijkersgilde De Transfiguratie. De laatste vermelding van dit gilde in de stadsrekeningen van Hulst dateert van 1618. In 1687 lezen we bij Jacob van Lansberghe dat het gilde in 1621 een nieuw reglement op rijm heeft vervaardigd. [2] En 150 jaar later zou het dan nog bestaan? Of is er sprake van een heroprichting? Voor beide opties is geen bewijs gevonden.

Maar er is meer, namelijk de plaats van opvoering, het Prinsenhuis, ook bekend als het Refugium Ten Duinen. Dit is het huis aan de Steenstraat 28, thans museum De Vier Ambachten, dat ooit bezit is geweest van de Oranjes. Allereerst rijst de vraag of deze plek wel geschikt was voor het ontvangen van publiek en het opvoeren van een toneelspel. De vraagtekens nemen toe als we bekijken wie de eigenaar was van dit pand in 1776. De Oranjes hebben het in 1771 namelijk verkocht aan Johannes Arnoldus Heezer, een van de drie predikanten in Hulst. [3]

Bedenk daarbij dat er voor toneelopvoeringen toestemming vereist was van de magistraat van Hulst, die doorgaans afwijzend besliste en het wordt duidelijk dat de tekst uit de inleiding van weinig realiteitszin getuigt. Hoe kan een katholiek gilde opvoeringen verzorgen in het huis van een predikant en nog wel op de zondagen in een plaats waar de magistraat verzoeken om toestemming voor een toneelopvoering steevast afwijst? Wat is hier aan de hand? Daarover kunt u meer lezen in het uiteindelijke artikel, waarbij het duidelijk wordt dat het stuk op humoristische wijze tal van reminiscenties naar personen en situaties in het toenmalige Hulst naar voren brengt. Uiteraard is daarbij ook aandacht voor het Zeeuwsch Genootschap, het is tenslotte zijn feestje.

Bronnen

[1] Zeeuws Archief 469, Familie Van Reigersberg Versluys, 1.2 Familie van den Brande, inv.nr. 35: Illustre Ambassade van Jan Pr. van den Brande, Heere van Cleverskerke.
[2] Jacob van Lansberghe, Beschryvinge van de stadt Hulst, ’s-Gravenhage 1687, 216.
[3] Gemeentearchief Hulst inv.nr. 1207-1215, Register van transporten en plechten, 24 okt. 1771, ff. 271v-273r.

Geplaatst door Jan van Loo op 15 juli 2018.

Terug naar Rederijkers in Zeeland

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *