- Nieuws
- Collectie
- Publicaties
- Jeugd
- Werkgroepen
- Wetenschapsplatform
- KZGW
- Contact
Zo nieuw is dit gilde trouwens niet, want de gegevens die we hebben, dateren uit het einde van de zestiende eeuw. Een oplettende onderzoeker uit Yerseke wees ons op de transcripties van de schepenaktenboeken van de vrijwillige rechtspraak door A.J. Witte uit Kapelle in 1991. De schepenaktenboeken zelf zijn online in te zien op de site van het Zeeuws Archief. [1]
Fol. 81 van de heer Witte komt overeen met scan 43 links op de ZA-site en daar lezen we van de zitting op 18 maart 1595:
Laureys Mertse nomine Iacob adriaense boo[m] heijscht Marijnus
Iacobssen Roome, dat hy hem sal leueren alsulcken
weije als hy hem Vercocht heeft volghende zyne
obligatie ende teeckeninghe oft heijscht vier hondert
gulden daer voren, ende es Verstelt ad primam et pascha.
Idem Laureijs Mertse heijscht Marijnus Iacobsen Roome ende
Paulus dignusse, Roome, een pondt xviij schellingen, ende
Paulus xxj schellingen presente, den van Verteerde costen Inde
ghilde van Rethorica, ende es Verstelt ad primam et
pascha
Laureys Mertsen is een jurist die namens Jacob Adriaansen Boom in de eerste post eist dat Marinus Jacobsen Roome hem een weiland zal leveren, dat aan hem verkocht is en zo niet dan wil hij daarvoor in de plaats vierhonderd gulden ontvangen. Dit heeft niets met het gilde van Rethorica te maken. In de tweede post hebben we opnieuw te maken met de jurist Laureys Mertsen die namens dezelfde Jacob Adriaansen Boom (Idem) nu de eis stelt aan Marinus Jacobsen Roome en Paulus Dignussen Roome om de som van 1 pond en 18 schellingen te betalen. Daarnaast wordt van Paulus Dignussen Roome de betaling van 21 schellingen geëist voor de vertering bij het gilde van Rethorica. Onduidelijk is of de term Idem betekent dat de eis ook namens Jacob Adriaansen Boom is. Zo ja, dan heeft hij iets te maken met het gilde van Rhetorica. Uit de volgende zitting op 18 maart 1595 blijkt namelijk dat de 1 pond en 18 schellingen weer werden geëist en nu namens de dekens van het gilde van Rethorica. [2]
Fol. 88 van de heer Witte komt overeen met scan 45 rechts op de ZA-site en daar lezen we van de zitting op 23 maart 1595 opnieuw de eis namens de dekens nu alleen voor Marinus Jacobsen Roome, dus mogelijk heeft Paulus Dignussen zijn deel betaald. Daarmee lijkt deze kwestie te zijn afgehandeld, want we lezen er niets meer over terug, dus de schuld zal zijn ingelost.
Op de zitting van 4 mei 1596 (fol. 194, scan 100 rechts) wordt er wederom van Paulus Dignusse geëist dat hij zijn verteerde kosten bij het gilde van Rethorica moet betalen, dit keer 19 schellingen. Is dit een volledig nieuwe schuld of nog het restant van de oude 21 schellingen?
En als klap op de vuurpijl lezen we op 20 juni 1598 in RAZE 2882, fol 23, scan 15 rechts:
Laureys Mertsen nomine Christiaen foorts heischt (…)
Item heischt de ghilde van Rethorica vj schellingen iiij grooten
Item noch een half vat biers opten op
opgedaen opten iijen meerte [15]96 x schellingen
Het gilde van Rhetorica zelf moet 6 schellingen en 4 grooten betalen en nog 10 schellingen voor de levering van een half vat bier door Christiaen Foorts.
Alle informatie is afkomstig uit de schepenaktenboeken van de vrijwillige rechtspraak van de vierschaar van Yerseke. De beschreven periode omvat de jaren 11 maart 1595 – 20 juni 1598.
Er is steeds sprake van het gilde van Rhetorica zonder nadere plaatsaanduiding, maar aangenomen mag worden dat het hier om de rederijkerskamer uit Yerseke gaat. Als het om een kamer uit een andere plaats gegaan zou zijn, was dit er zeker bij vermeld. Een en ander betekent dat we een nieuwe kamer kunnen toevoegen aan het bestand van de rederijkerskamers in Zeeland.
Enkele van de genoemde namen zijn mogelijk verbonden aan de kamer:
Alle eisen zijn betalingen voor het gilde van Rhetorica, behoudens de laatste waar het gilde zelf een schuld heeft.
MAAR HOE DAN OOK, ER IS WEER EEN KAMER ONTDEKT!
[1] Yerseke RAZE 2881 Schepenakten 1594-1598 en Yerseke RAZE 2882 Schepenakten 1598-1600 met PDF-transcriptie van A.J. Witte.
[2] Fol. 85 = scan 45 links d.d. 18 maart 1595.
Geplaatst door Jan van Loo op 20 mei 2023.
Mooi! De “oplettende onderzoeker” heeft een hart voor Yerseke, maar ik ben afkomstig uit Zeist 🙂