- Nieuws
- Collectie
- Publicaties
- Jeugd
- Werkgroepen
- Wetenschapsplatform
- KZGW
- Contact
Uit-
gelichte foto
Op 18 november 2022 is in Veere de expositie ‘Een eigenzinnig romanticus : leven en werk van J.H. Hollestelle’ geopend. Het KZGW bezit meer dan 50 werken van deze schilder en heeft de bijbehorende rijk geïllustreerde catalogus uitgegeven. In het nieuwsbericht ‘Ledenvoordeel boek J.H. Hollestelle’ kunt u lezen hoe u de catalogus kunt aanschaffen.
Een groot aantal werken van Hollestelle is al opgenomen in de Collectie Online, zoals dit schilderij van de Veerse of Dampoort Middelburg uit 1873 (nr. ZI-II-0338, in de Collectie Online hier te zien). In 1921 schonken de erfgenamen van Jacob ruim veertig afbeeldingen aan het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Het zijn vooral topografisch-historische tekeningen van locaties in heel Zeeland. Later zijn er nog enkele andere werken in de Zelandia Illustrata van het KZGW opgenomen. Uit de inventarisatie van zijn werk blijkt dat hij in de jaren negentig van de negentiende eeuw veel tekeningen en aquarellen heeft gemaakt van zijn geboortestad Middelburg. Niet alleen van de situatie van dat moment, maar ook historische opnamen, deels gebaseerd op werken van voorgangers als Jan Frederik Schütz (1817-1888) en Cornelis Springer (1817-1891). Hij legde in die jaren informatie over de geschiedenis en de gebouwen van de Zeeuwse hoofdstad en het voormalige kasteel Zandenburg te Veere vast in twee schriftjes. De informatie schreef hij onder meer over uit manuscripten van de hand van Jan du Pon (achttiende eeuw) en Samuel de Wind (eerste helft negentiende eeuw) die in de handschriftenverzameling van het Zeeuwsch Genootschap berusten en hij voegde daar zijn eigen aantekeningen aan toe. Het tweede schriftje is gedateerd 1896. Een derde schriftje bevat een alfabetisch overzicht van alle onderwerpen in de twee eerstgenoemde schriftjes. De drie schriftjes zijn opgenomen in de Handschriftenverzameling van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Jacob was vanaf 1895 tot aan zijn overlijden lid van dit genootschap.