Uit-
gelichte
foto

Middeleeuwse encyclopedie

14 februari 2025

In 1769 werd het toen nog niet koninklijke – we waren destijds een republiek – Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen opgericht. In Vlissingen. U leest het goed: niet in het veel rijkere en grotere Middelburg, maar in de schelmenstad Vlissingen. Middelburg had wel een eigen departement en, net als in Vlissingen, werden daar boeken en andere bijzondere objecten verzameld.

Cuturele elite

In Vlissingen was een aanzienlijke culturele elite ontstaan, vooral onder invloed van de vele Franse protestantse vluchtelingen die er vanaf de tweede helft van de zeventiende eeuw hun thuis hadden gevonden. Belangrijkste representanten waren Betje Wolff, Jacobus Bellamy, Jean Guépin, Diderik Buysero, maar liefst vier leesgezelschappen en uiteraard de oprichters, directeuren en leden van het Zeeuwsch Genootschap. Nadat Vlissingen in 1800 nagenoeg failliet was als gevolg van de Franse bezetting, verhuisde het Genootschap naar Middelburg.

Departement Zeeuwsch Genootschap in Middelburg

Het Middelburgse departement werd in 1784 opgericht aan de Latijnse Schoolstraat en mocht ook zelf verzamelingen opbouwen. Na een jaar kon het eerste stuk worden aangeschaft, of beter gezegd: in dank aanvaard, want het was een schenking. Het betrof het boek Van den propriëteyten der dinghen. De gulle gever was Karel Koenraad Reitz (1748-1810), advocaat in Middelburg, rector van de Illustre School in dezelfde stad en griffier van de Staten van Walcheren en van het in Vlissingen gevestigde Hof van Vlaanderen.

Van den propriëteyten der dinghen

Deze middeleeuwse encyclopedie – mogelijk de vroegste ooit verschenen – werd geschreven in het midden van de dertiende eeuw door de franciscaner monnik Bartholomeus Anglicus. Het boek, waarin de schepping, de wereld en haar bewoners worden beschreven, was in de middeleeuwen uitermate populair en is vele malen gekopieerd, vertaald en – later – gedrukt. De Middelnederlandse versie was van de hand van de Zierikzeese drukker Jacop Bellaert uit 1485.

 

Olifant

Bartholomeus Anglicus deelde de wereld in volgens de toen geldende hiërarchie. Als eerste kwam het rijk der hemelen aan bod. Verderop de verschillende natuurrijken, die steeds op de houtsneden aan het begin van het bewuste deel verbeeld zijn. Zo is er een gravure met bloemen en planten, een met vogels en een met vissen. Op de laatste houtsnede staan de viervoetige dieren, waaronder een olifant, afgebeeld. Dat was opzienbarend. De meeste mensen in West-Europa hadden nog nooit een olifant gezien. Hoogstens erover gehoord. In het boek Der Naturen Bloeme van Jacob van Maerlant, een vertaling van een andere middeleeuwse encyclopedie, staat eveneens een olifant, maar die lijkt nog lang niet op het beest zelf. Die in de Propriëteyten der Dinghen ziet er als een echte olifant uit.

 

 

Deze column van Peter van Druenen, voorzitter KZGW, verscheen in het oktobernummer van Zeeuws Erfgoed. De afbeeldingen zijn afkomstig uit het nog zeer gave exemplaar van Van den propriëteyten der dinghen uit de collectie van het Zeeuws Genootschap. Het boek is te vinden in de Collectie Online. Het bijbehorende dossier, samengesteld en geschreven door onze conservatoren Katie Heyning en Veronica Frenks kunt u hier lezen. Zie het bovenstaande kader voor een fragment uit dit dossier.