- Nieuws
- Collectie
- Publicaties
- Jeugd
- Werkgroepen
- Wetenschapsplatform
- KZGW
- Contact
Hester Loeff over fossielen zoeken: ‘Ik heb er mijn hart aan verloren’
‘Het verzamelen van fossielen op zich is voor mij niet de hoofdmoot. Het gaat mij om de kennis van het grote geheel. De vondst van een fossiel werkt voor mij als een katalysator om de wereld er achter te ontdekken’, zegt Hester Loeff, conservator Natuurhistorische Voorwerpen, Landzoogdieren bij het Genootschap.
Het zag er aanvankelijk niet naar uit dat Hester bij fossielen zou uitkomen. De in Amsterdam geboren inwoonster van Zierikzee kwam op haar achttiende jaar naar Zeeland en ging ergotherapie studeren, bedoeld als opstap voor een studie psychologie. Dit traject werd echter niet afgemaakt waarna ze ging leren voor opticien en daarna voor contactlensspecialist. Pas later realiseerde Hester zich wat ze echt wilde. ‘Ja, ik had met de passie van nu wel vakken als geologie of paleontologie willen volgen. Nu ben ik veel bezig met wetenschapsgeschiedenis. Hier doe ik veel zelfstudie voor.’ Inmiddels beheert Hester de collectie Naturalia, met als hoofdmoot de collectie Fossiele landzoogdieren van het Genootschap en is ze lid van de Werkgroep Geologie. Ook is ze secretaris van de Werkgroep Pleistocene Zoogdieren, is ze lid van de werkgroep Kwartaire en tertiaire Geologie, de Nederlandse vereniging voor Geologie en de Nederlandse Malacologische Vereniging. In 2018 mocht zij in het prachtige kerkje van Schokland de ‘Van der Lijn aanmoedigingsprijs’ in ontvangst nemen. Deze prijs wordt elk jaar uitgereikt aan amateurgeologen die zich verdienstelijk hebben gemaakt of die dat nog gaan doen.
Hester kan zich nog goed herinneren wat de aanleiding was om helemaal geboeid te raken door fossielen. ‘Tijdens een excursie naar de Maasvlakte liet de excursieleider een gevonden muizenkiesje zien. Er ging als het ware een wereld voor mij open.’ Het zand op de Maasvlakte wordt overigens elke twee jaar aangevuld met een zandsuppletie uit de Eurogeul. Sindsdien is de Maasvlakte voor haar een geliefd zoekdomein, evenals het Banjaardstrand tussen Kamperland en Vrouwenpolder, waar volgens Hester, bijzonder materiaal te vinden is uit de ijstijd. Verder noemt zij als interessante vindplaatsen het strand van Westenschouwen, het Kalootstrand in Borssele op een steenworp afstand van de kerncentrale en het strand bij Rithem. De fossielen op de laatste locaties komen uit oude lagen van de Westerschelde.
De leukste of meest interessantste vondst die ze gedaan heeft? Na enig nadenken: ‘Ik vond ooit een werktuig van een Neanderthaler; heel bijzonder. Ik heb het later aan het Rijksmuseum van Oudheden in leiden geschonken.’ Hester beheert naast de collectie van het Genootschap ook een eigen collectie wat veel werk oplevert. Het materiaal moet uitgezocht en ontzilt worden en gedetermineerd. Leren determineren is een vak apart, vindt de conservator, die er voor heeft gekozen om full time bezig te zijn met fossielen en er ook haar financiële basis in te vinden. Mede met het oog op het laatste ontwerpt en vervaardigt ze ook zogenaamde rariteitenkabinetjes voor de verkoop, waarin allerlei vondsten een plek krijgen. ‘Anders is het zonde van al dat materiaal dat over is; daar gebeurt dan niets meer mee.’
Rariteitenkabinetten of wonderkabinetten waren in de 17e eeuw erg in de mode. Zeldzaamheden van over de hele wereld werden verzameld en tentoongesteld in zogenaamde pronkkamers. ‘Tot de dag van vandaag blijven ze me fascineren en ik probeer ze te vangen in kunstkabinetten die ik zelf maak. Ik kan weken of langer aan een kabinet bezig zijn totdat de uitvoering en de compositie helemaal perfect zijn.’ Dit was weer aanleiding om allerlei cursussen te volgen zoals houtbewerking en handboekbinden.
Naast genoemde werkzaamheden leidt Hester ook strandexcursies, met name die waar fossielen te vinden zijn. Wensen voor de toekomst? Hester geeft aan dat ze graag nog eens een studie zou willen volgen om een goede basis te hebben. Wetenschapsgeschiedenis bijvoorbeeld. Ze vindt het een eer om conservator bij het Genootschap te mogen zijn en is nog steeds op zoek naar de kennis die ze hier voor nodig heeft. ‘Ik hoop het namelijk nog lang te doen.’
Inmiddels heeft ze het Genootschap ook van binnen uit steeds beter leren kennen en ze vindt dat het een grotere rol in de Zeeuwse gemeenschap zou moeten krijgen. ‘Dat verdient het wel.’ En verder: Hier in Zierikzee leefde in de achttiende eeuw de arts en wetenschapper Job Baster. Hij is wat in de vergetelheid geraakt, maar ik zou graag nog eens een boek over hem schrijven.’