Uit-
gelichte
foto

Congres: RONDOM SLOT HAAMSTEDE. 2000 jaar geschiedenis en archeologie op de Kop van Schouwen.

10 augustus 2022

Vorig jaar verscheen Slot Haamstede tussen zand en zout. Geschiedenis, bouwgeschiedenis en archeologie van een kasteel op Schouwen, een nieuw boek over Slot Haamstede op Schouwen-Duiveland.

De onderzoeken die voor dit boek zijn verricht, leverden nieuwe inzichten op over het kasteel zelf en haar bewoners. Minstens zo interessant is echter dat het slotterrein resten van Romeinse natuurstenen gebouwen heeft prijsgegeven, maar ook een vroegmiddeleeuws christelijk grafveld, dat dateert tussen 675-775. De romeinse resten duiden op nauwe banden met het Romeinse leger. Het grafveld moet behoren bij een voorganger van de huidige kerk van Haamstede.

Op het congres, georganiseerd door de Vereniging Slot Haamstede en het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (KZGW), komen niet alleen de (bouw-)historische en archeologische onderzoeken aan het slotterrein aan bod, maar ook onderzoek buiten Schouwen-Duiveland om de nieuwe inzichten over Slot Haamstede in een breder verband te kunnen plaatsen.

Het congres vindt plaats in de Hervormde kerk in Haamstede.

Toegang: € 17,50, inclusief lunch, koffie en thee.

Adres: Hervormde kerk Haamstede, Ring 1, 4328 AE, Burgh-Haamstede.
Datum: 22 september 2022, 10.00-16.30 uur, inloop vanaf 09.30.
Alle informatie is te vinden op: www.rondomslothaamstede.nl
Of kijk op: https://www.facebook.com/events/393240656175526


SPREKERS EN ACHTERGRONDEN

Vorig jaar verscheen het boek Slot Haamstede tussen zand en zout. Geschiedenis, bouwgeschiedenis en archeologie van een kasteel op Schouwen. Hierin worden de geschiedenis, bouwhistorie en archeologie van Slot Haamstede op Schouwen-Duiveland beschreven. Voor dit boek is veel nieuw onderzoek gedaan en oud onderzoek opnieuw onder de loep genomen. Dit heeft nieuwe inzichten opgeleverd over de bouwkundige ontwikkeling van het kasteel zelf, over de lange rij aanzienlijke bewoners en eigenaren, maar ook over de opgravingen die op het slotterrein zijn verricht tijdens de ingrijpende restauratie van het kasteel van 1963 tot 1973. Die opgravingen blijken bijzondere resultaten te hebben opgeleverd. Zo blijken tufstenen muren uit de Romeinse tijd en een christelijk grafveld uit de Vroege Middeleeuwen op het kasteelterrein te zijn aangetroffen.

Om meer bekendheid te geven aan de uitkomsten van die onderzoeken wordt op 22 september 2022 in de Hervormde kerk van Haamstede dit congres gehouden. We willen U graag uitnodigen om aan de hand van de zeer interessante sprekers meer te weten te komen over de geschiedenis en archeologie op de Kop van Schouwen, maar zeker ook over andere delen van Zeeland.

De meeste sprekers zijn bekend:

  • Dr. Pieterjan Deckers (archeoloog, Vrije Universiteit Brussel) spreekt over vroege stadsvorming op Walcheren.
  • Em. prof. dr. Hans Mol (historicus, Universiteit Leiden en Fryske Akademy) houdt een voordracht over het belang van de Schelde voor de vroege kerstening in Zeeland.
  • Dr. Bert van der Valk (geoloog Deltares) presenteert over onderzoek naar de middeleeuwse bewoning in het duingebied van Schouwen.
  • Drs. Ben Olde Meierink (bouwhistoricus, Nederlandse Kastelenstichting NKS) bespreekt de bouwhistorische ontwikkeling van Slot Haamstede.
  • Dr. Arie van Steensel (historicus Rijksuniversiteit Groningen) verhaalt over het treurige einde van het (derde) geslacht Van Haamstede vanaf het midden van de vijftiende eeuw.
  • Drs. Ernst Dekkers (archeoloog, hoofdauteur van Slot Haamstede, tussen zand en zout) spreekt over het belang van het latere slotterrein in Haamstede vanaf de Romeinse tijd tot aan de bouw van de woontoren, het hart van het huidige kasteel, in de dertiende eeuw.

Aquarel van Dirk Verrijk, eind achttiende eeuw, exacte kopie naar prent van Isaac Hildernisse uit 1695. Historisch-topografische atlas ‘Zelandia Illustrata’ van het Ko-ninklijk Zeeuwsch Genootschap Der Wetenschappen (KZGW). Zeeuws Archief, Zeeuws Genootschap, Zelandia Illustrata, deel II, nr. 1773.

Enkele hoogtepunten uit de onderzoeken

Een van de bijzondere uitkomsten van het (her-)onderzoek en de uitwerking van de oude opgravingen op het slotterrein in Haamstede, die slechts in één kort artikel uit 1971 zijn gepubliceerd, is de ontdekking op het slotterrein van tufstenen muren van twee gebouwen uit de Romeinse tijd van monumentale aard, die duiden op nauwe banden met het Romeinse leger.

Een andere interessante ‘opbrengst’ van de uitwerking van de oude opgravingen vormt de vondst, op het slotterrein, van een vroegmiddeleeuws christelijk grafveld. Het gaat om botmateriaal van zeker zo’n 50 begravingen, die verbonden moeten zijn met een voorganger van de huidige kerk in Haamstede. Vier skeletten uit het grafveld zijn recent bemonsterd voor een 14C-datering. Drie ervan blijken te dateren tussen 675 en 775 en zijn daarmee een eeuw ouder dan de ringwalburg in Burgh. Ze stammen nog van vóór de tijd van de Noormannen, die vanaf ca. 800 onze streken onveilig maakten.

Beide ontdekkingen zouden erop kunnen duiden dat Haamstede in de Romeinse tijd en Vroege Middeleeuwen aan een waterloop lag die geheel westelijk Schouwen doorsneed van zuid tot noord. Een waterloop – in de Late Middeleeuwen bekend als Schelveringhe – die Haamstede tot in de dertiende eeuw met de Schelde (de huidige Oosterschelde) verbond, lijkt een restant van de Gusaha, een waterloop die we kennen uit een oorkonde uit 776. Die oorkonde maakt melding van een kerk op Schouwen. Het is, zeker op basis van de skeletten op het slotterrein en de datering daarvan, zeer waarschijnlijk dat het hier om een voorganger van de huidige kerk van Haamstede moet gaan.

Enkele graven en één van de Romeinse tufstenen muren, gezien vanuit het westen. Foto: ROB/RCE, 1964.

Het (bouw-)historisch onderzoek heeft nieuwe feiten aan het licht gebracht over de lotgevallen van het kasteelgebouw zelf en de lange stoet van aanzienlijke bewoners en eigenaren. Zo is duidelijk geworden dat Witte van Haamstede (een bastaardzoon van graaf Floris V) heer van Haamstede vanaf 1299, zelf ook een bastaardzoon heeft verwekt. Deze Jonghe Jan tser Witten sone (Jonge Jan, zoon van heer Witte) was als klerk en bode in dienst van de graven van Holland en Zeeland in de periode 1339-1344. Witte zelf blijkt bovendien veel eerder te zijn gestorven dan tot voor kort werd aangenomen. Hij moet al voor 19 oktober 1316 zijn overleden, terwijl altijd is verondersteld dat Witte pas in 1321 stierf.

Nieuw bouwhistorisch onderzoek heeft aangetoond dat de woontoren met poortaanbouw uit de dertiende eeuw, de kern van het huidige kasteel, oorspronkelijk vier verdiepingen moet hebben geteld onder de kapverdieping, in plaats van drie, zoals bij het onderzoek tijdens de restauratie van 1963-1973 werd verondersteld.

Haamstede werd in 1468 verworven door Lodewijk van Gruuthuse, op dat moment stadhouder van Holland, Zeeland en West-Friesland en een van de belangrijkste edelen onder de hertogen van Bourgondië, destijds de machthebbers in de Nederlanden. Tijdens de opgravingen op het slotterrein in 1964 en 1965 bleek dat Gruuthuse een enorme – later weer verdwenen woonvleugel – naast het huidige kasteel had laten optrekken. Over het uiterlijk van deze vleugel van het slot is met behulp van 3D-computer reconstructies nu veel meer duidelijkheid gekomen.

Het recente bouwhistorische onderzoek heeft bovendien aangetoond dat Gruuthuse de woontoren en poortaanbouw uit de dertiende eeuw ingrijpend heeft verbouwd en vergroot. Zo zijn de beide torens van het kasteel door hem toegevoegd. Jaarringonderzoek, onderdeel van het recente bouwhistorisch onderzoek, heeft daarnaast bewezen dat een enorme brand die in 1525 het kasteel zou hebben verwoest, het huidige Slot grotendeels moet hebben gespaard. Zeer waarschijnlijk is de door Gruuthuse toegevoegde woonvleugel toen wel ten prooi gevallen aan de vlammen.

Vanaf 1608 is het leengoed Haamstede nooit meer in adellijke handen geweest. De verschillende geslachten die Haamstede vanaf die tijd in bezit hadden, behoorden tot de rijke stedelijke elite, die weliswaar niet van adel was, maar wel zeer vermogend. Zo was de stamvader van de familie van laatste particuliere eigenaren van het landgoed Slot Haamstede, Cornelis van der Lek de Clercq, midden negentiende eeuw de rijkste man van Zeeland.

In de Tweede Wereldoorlog werd het duingebied van Schouwen omgevormd tot een enorm militair landschap vol met bunkers, loopgraven, prikkeldraad, landmijnen, zware wapens en manschappen: het werd een strategisch belangrijk onderdeel van de Atlantikwall, de verdedigingslinie van de Duitsers tegen een mogelijke geallieerde invasie. De opperbevelhebber van Schouwen-Duiveland koos Haamstede als zijn commandopost. Veel van dit militaire landschap is nog steeds intact en wordt door Natuurmonumenten, eigenaar van landgoed Slot Haamstede sinds 1981, gekoesterd, in samenhang met de bijzondere flora en fauna in dit gebied en met Slot Haamstede als boegbeeld.

Slot Haamstede blijkt veel meer te zijn dan een lieflijk slot in een slaperig dorpje dat alleen tot leven komt in het toeristenseizoen. Deze plek – dit gebied – heeft in de afgelopen tweeduizend jaar op meerdere momenten in de geschiedenis een uiterst belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van zuidwest-Nederland op economisch, militair, religieus en politiek terrein.

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *