uitgelicht
collectie-
stuk

Blog Guépin (8) Pieter de Beaufort

15 maart 2022

Afbeelding: familiewapen van het geslacht De Beaufort

Voor de omvang van zulke gedichten kan men denken aan die van een pamflet en niet zelden werden deze gedichten gedrukt (aangeboden). Zo werden ze tevens verspreid binnen een vriendenkring. Je was vaak ook niet de enige die een gedicht aanbood, dus een bruiloftspaar kon verschillende gedichten ontvangen over hun heugelijke dag. Deze verzen werden soms gebundeld in een verzamelband, waardoor men de poëzie over zichzelf of over mensen uit de vriendenkring handzaam bij elkaar had. Een voorbeeld van een dergelijke bundel is KLUIS 1111 F41 uit de Zeeuwse bibliotheek te Middelburg.

Deze bundel bestaat uit 94 ongenummerde pagina’s en omvat twintig gedichten die betrekking hebben op acht verschillende gelegenheden.2 Behalve de namen van de bezongenen zijn ook die van de dichters van belang. Jean Guépin vinden we terug bij elke gelegenheid, een enkele maal namens Kunstgenootschap Conamur tenues Grandia. Er is niet voor gekozen om de gedichten chronologisch of thematisch in te binden.

Binnen dit bestek is het niet mogelijk om van alle genoemde personen de relatie met Jean Guépin vast te stellen. We beperken ons daarom tot de promotie van Pieter de Beaufort. Hij is op 2 september 1737 gepromoveerd tot dokter in de beide rechten. In die dagen was het gebruik om te promoveren in het Romeins recht en in het Canoniek recht. Zijn dissertatie is geschreven in het Latijn gevolgd door vijf stellingen en een gedicht van Jean Guépin en van Nikolaes Lambrechtsen junior.3 In de gelegenheidsbundel zijn alleen stelling vier en vijf opgenomen en het gedicht van Nikolaes Lambrechtsen junior ontbreekt. De samensteller van de bundel voelde zich kennelijk niet verbonden met Lambrechtsen. Een fout van de binder behoort ook nog tot de mogelijkheden, want uiteindelijk was ook een deel van de stellingen niet mee ingebonden.

Wat was de relatie met en wat betekende Pieter de Beaufort de Duivendijk voor Guépin? Het huldedicht in de verzamelband maakt ons niet wijzer. Vier jaar later in 1741 schreef Guépin opnieuw een gelegenheidsvers voor Pieter de Beaufort, deze keer ten afscheid van De Beaufort in verband met diens verhuizing naar Zierikzee.4 Daarin staan enkele regels die de betekenis van hun vriendschap duiden:

‘k erdenk bij mij, nu ’t op een scheiden gaat,
Mijn kindsheid aan uw kindsheid reeds verbonden
Door vriendschap, en in onzen jonglingstaat
Tot op dit uur, die vriendschap ongeschonden;
Die tederheid aan uwen vriend betoond;
Dat open hart, nooit dicht voor hem gesloten;
Die goedheid, die den stuursten naar zig troont,
Dit heb ik al, misschien nog meer, genoten.

Pieter de Beaufort de Duivendijk is gedoopt te Sluis op 25 oktober 1715 als zoon van Hendrik de Beaufort en Agatha Mogge. In hetzelfde jaar is zijn zus Anna Agatha de Beaufort geboren.5 In de hierboven aangehaalde verzen lezen we dat Guépin en De Beaufort elkaar van kinds af aan al kenden en dat hun vriendschap in latere jaren werd voortgezet. Gezien hun geboortejaar zijn beiden in 1737 22 jaar geworden. Het ligt voor de hand om aan te nemen dat ze gelijktijdig de Latijnse school in Vlissingen bezochten. Dat is goed mogelijk, want vader Hendrik de Beaufort legde in Vlissingen op 12 september 1719 de poorterseed af en trad 4 dagen later toe tot de raad van Vlissingen en zou tot aan zijn dood op 17 december 1740 werkzaam blijven bij de magistraat van Vlissingen. Nog overtuigender is het Klink-digt van Guépin in Mengelstoffen, waarin hij De Beaufort een leerling van Jungius noemt6 en die was de rector van de Latijnse school. Wanneer Pieter overleed is niet bekend, genealogische bronnen vermelden steevast dat het rond 1752 was. De vriendschap was toen kennelijk al overgegaan, want een lijkdicht van Pieter de Beaufort is niet aangetroffen. Wel is er nog een gedicht uit 1741 in het Frans, gericht aan zijn zus Anna Agatha de Beaufort.7

  1. Deze verzamelband met gedrukte gelegenheidsgedichten is niet online beschikbaar. Download de pdf van KLUIS 1111 F4
  2. In de volgorde van KLUIS 1111 F4:
    1. Het huwelijk van Ryklof Gerbrand van Goens en Dana Barbara Pottey op 8 mei 1753 (2 gedichten);
    2. Het huwelijk van Iacob Dankaarts en Iohanna Adriana Geens op 12 november 1738 (1 gedicht);
    3. Het huwelijk van Nikolaas Lambrechtsen en Maria Kroef op 6 september 1746 (5 gedichten);
    4. Promotie in de beide rechten Anthoni Pieter Lambrechtsen op 29 december 1748 (4 gedichten);
    5. Promotie in de beide rechten Pieter de Beaufort op 2 september 1737 (1 gedicht);
    6. Het huwelijk van Anthoni Pieter Lambrechtsen en Constantia Susanna van Boesschot op 18 juni 1755 (2 gedichten);
    7. Het overlijden van Maria Susanna Thyssen op 6 januari 1738 (3 gedichten);
    8. Het overlijden van Jacoba Catharina van Goethem, geboren De Chuy op 23 oktober 1764 (2 gedichten).
  3. De dissertatie is te downloaden in Books Google.
  4. Zeeuwse bibliotheek te Middelburg, KLUIS Handschrift 3414Afscheid aan den hr mr Pieter de Beaufort de Duivendijke zullen ter woon vertrekken naar Zzee, 25 mei 1741, 2 folia.
  5. Alle genealogische gegevens zijn te vinden op https://nl.wikipedia.org/wiki/De_Beaufort_(geslacht). De gegevens uit Vlissingen zijn te vinden via ‘Zeeuwen gezocht’ op de website van het Zeeuws Archief. Voor de geboorte van Anna Agatha geven sommige genealogische sites 7 mei 1715, dus een van die twee geboortedata is niet correct.
  6. Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg KLUIS Handschrift 2711Mengelstoffen, ca. 1735-1752, folio 17.
  7. Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg KLUIS Handschrift 4036À mademoiselle A.A. de Beaufort, 4 oktober 1740, 1 folio.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *